De gekarameliseerde uien, het malse, langzaam gegaarde rundvlees, het knapperige brood.... moet ik nog meer zeggen? 

Wil je dit soepje ook maken dan heb je het volgende nodig:

voor 4 personen:

2 eetlepels olijfolie

1 klontje boter 

800 gram magere runder braadlappen in grove stukken

2 eetlepels bloem 

1 kg uien in ringen 

1 eetlepel (Limburgse) appelstroop 

1,5 liter runderbouillon 

1 theelepel tijm

2 laurierblaadjes 

peper

zout naar smaak

Voor erbij:

stokbrood 

(Op de foto zie je dat wij er Turkse Simit bij aten omdat er geen stokbrood in huis was. Dat was een verrassend lekkere combi 😉 Het recept van de Simit staat ook online) 

En zo maak je het:

Doe de olijfolie in een oven bestendige braadpan met deksel. 
Kruid het vlees met peper en zout en voeg toe aan de pan. Bak het vlees aan alle kanten even goed aan zodat het wat kleur krijgt. 
Schep uit de pan op een bord en zet even aan de kant. 

Voeg een klontje boter toe aan dezelfde pan. Laat de boter smelten en voeg dan de uien en de tijm toe. 

Als de uien een beetje kleur beginnen te krijgen draai je het vuur laag en laat je ze zachtjes ongeveer 30 minuten karameliseren.

Blijf af en toe goed roeren. 

In de tussentijd verwarm je de oven voor op 170gr. C 

Zet het vuur weer wat hoger. Voeg de bloem toe aan de uien en bak even mee. Voeg de appelstroop toe en roer goed door. 

Blus af met de bouillon. Voeg de laurierblaadjes toe. 

Voeg het vlees weer toe en breng aan de kook. 
Als het kookt leg je het deksel op de pan en verplaats je deze naar het midden van de oven. 

Laat het vlees in ongeveer 2,5 tot 3 uur zachtjes gaar sudderen in de oven. 
Roer in te tussentijd een keer om. 

Vis de laurierblaadjes er uit en trek het vlees met twee vorken wat uit elkaar. 
Proef en breng op smaak met peper en indien nodig wat zout. 

Serveer met knapperig brood. 

Smakelijk!